nl
nl de en
Dinsdag tot en met zondag geopend | 11:00 tot 17:00 uur
Tickets kopen

Mondriaan en de liefde voor het Winterswijkse landschap – Caroline Schuurman

21 mrt 2024

In 1919 schreef Mondriaan: ‘I don’t like the country’ (ik houd niet van het platteland). Schreef hij dat, omdat hij vanaf dat die tijd abstract ging werken, zoals adviseur landschap en cultuurhistorie bij Staatsbosbeheer, Marcel van Ool, suggereert? De artistieke wortels van Mondriaan liggen in Winterswijk en hij heeft het kleinschalig hoevelandschap daar zeker geschilderd. Ook toen hij al een volleerd schilder was, keerde hij terug naar Winterswijk. Hij combineerde zijn bezoeken aan zijn ouders met tochten in het buitengebied en deed er inspiratie op voor zijn werk.

Buitengebied Winterswijk

Van een aantal werken van Mondriaan rond 1896 kan vermoed worden dat daarop een plek in het coulisselandschap van Winterswijk afgebeeld is. Voor het relatief grote schilderij Warmte geldt dat met zekerheid. Helaas is de verblijfplaats van dit werk onbekend. De titel is afkomstig uit de inventarislijst (1910) van de familie Wormser. Waarschijnlijk kreeg de familie Wormser het van schilderij van Mondriaan zelf. Mondriaan ging bij deze familie in de kost toen hij in 1892 naar de Rijksakademie in Amsterdam ging. Deze gereformeerde geloofsgenoten hadden een boekhandel in de Kalverstraat.


Warmte, ca. 1893-1894, olieverf op doek, 63,5 x 75 cm, verblijfplaats onbekend (foto: Wikimedia commons)

Mondriaans Warmte is voor het laatst gezien tijdens de veiling op 12 december 1990 bij Christie’s in Amsterdam. Mondriaan signeerde het met Pieter. Kunsthistoricus Robert Welsh vermoedde om die reden dat Mondriaan het maakte toen hij de zomervakantie doorbracht bij zijn ouders. We zien een boerderijcomplex met op de voorgrond een akker waar gewerkt wordt. Wanneer je goed kijkt zie je de witte windveren langs de steile daken van gebouwen. Die zijn karakteristiek voor de boerderijen rondom Winterswijk. Al werden ze pas vanaf denegentiende eeuw wit geschilderd. Op de nok van de gebouwen links en rechts zien we het gevelteken, in Winterswijk ’tip’ genoemd.

Plekenpol

Een ander schilderij uit diezelfde periode is Boslandschap met beek. Ook dit schilderij signeerde Mondriaan met Pieter. Op een foto uit circa 1900 uit de collectie van Willem Pelletier zien we de locatie van de voormalige havezate de Plekenpol. De overgebleven gracht die het kasteel omringde komt overeen met de beek op het schilderij. Het is dus heel goed mogelijk dat Mondriaan deze plek afbeeldde. Kunstenaar Vic Hulshof en voormalig directeur van Museum Villa Mondriaan, Judith Kadee vonden het in ieder geval zeer waarschijnlijk. Zij namen de plek op in de Mondriaan fietstocht.

Boslandschap met beek, ca. 1894-1896 olieverf op doek, op board gemonteerd, 28,5 x 37, privécollectie, Utrecht.


Plekenpol te Winterswijk, ca. 1900, Foto: collectie Willem Pelletier, Winterswijk.

Bekendelle

Op de tekening Bos met waterverf en gouache zien we mogelijk Bekendelle in het Woold. Hoewel we hier een productiebos zien, ging het Mondriaan waarschijnlijk vooral om de mystieke sfeer. Hij was op dat moment mogelijk al in aanraking gekomen met de theosofie. Een filosofie die stelt dat er één universele, tijdloze wijsheid is waarin alle wezens in essentie één zijn. Tegen zijn vriend bosbouwdeskundige Albert van den Briel zei hij: ’t Is alles een groote eenheid, Bert. Deze onzichtbare wereld ligt ten grondslag aan de wereld die voor ons waarneembaar is.


Bos, waterverf en gouache op papier, ca. 1899, 455 x 570, collectie Kunstmuseum Den Haag.

De onzichtbare wereld komt tot uiting in de aanwezig orde, harmonie en maat in de natuur. Die universele wereld wilde Mondriaan verbeelden. Dat streven zou ertoe leiden dat hij met zijn kunst een omwenteling teweeg bracht. Daardoor werd hij, zoals kunsthistoricus en museumdirecteur Benno Tempel het noemde: ‘de grootste vernieuwer van de twintigste eeuw’. Marcel van Ool wijst erop dat we de bomen heel goed kunnen herkennen als beuken. Mondriaan moet goed gekeken hebben, want hij schilderde de kleuren en de bast zeer treffend.

Liefde voor het Winterswijkse landschap

Volgens Van Ool had Mondriaan dan ook een ‘hartsverbintenis’ met de natuur. Van Ool zegt daarover in een interview: ‘Wij associëren Mondriaan met koelte en afstandelijkheid vanwege de rechte lijnen die hij later schilderde. Maar hij is juist lange tijd bezig geweest met het geborgene van het landschap’. Het Winterswijkse landschap zal voor Mondriaan verschillende betekenissen hebben gehad. Het inspireerde hem en riep op tot experimenteren, maar mogelijk voelde hij zich ook verbonden met dit landschap. Mondriaan koketteerde in Parijs en New York ermee dat hij de kleur groen niet meer kon zien. Toch schreef hij in 1930 dat voor hem juist grote liefde en respect voor de natuur de basis is om de natuur af te beelden. Waarmee hij waarschijnlijk bedoelde dat zijn abstracte schilderijen de werkelijkheid beter recht doen dan natuurgetrouwe afbeeldingen.

Dit artikel is verschenen in Museum Nieuws nr. 188 maart 2024 Vereniging het Museum (VHM) Winterswijk. Voor bronvermelding en literatuurlijst kunt u mailen naar cschuurman13@gmail.com

Terug naar overzicht