Aan het woord: junior-conservator Jet Sloterdijk

Aan het woord: junior-conservator Jet Sloterdijk ◊ Dat wat op de museumvloer te zien is, wordt vaak gedurende lange perioden achter de schermen ontwikkeld en opgezet. Iemand die achter de schermen altijd druk in de weer is, is onze junior-conservator Jet Sloterdijk. Zij geeft vandaag een inkijkje in haar dagelijkse werkzaamheden:

“Wat is het fijn dat het publiek de tentoonstellingen die tijdens de maandenlange sluiting van Villa Mondriaan zijn opgebouwd nu kan komen bewonderen. Als junior-conservator werkte ik samen met directeur Charlotte Rixten aan de tentoonstelling Toorop: Tussen geloof en hoop, die lange tijd achter gesloten deuren klaarstond. De taken van een conservator lopen uiteen en verschillen per museum. Hier in Villa Mondriaan bedenk ik onderwerpen voor toekomstige tentoonstellingen, werk ik deze uit en houd ik me ook bezig met het beheer van de collectie van het museum. Voor de Toorop-tentoonstelling bijvoorbeeld, bracht ik in kaart welke werken het verhaal dat we wilden vertellen goed konden illustreren, nam ik contact op met potentiële bruikleengevers en schreef ik teksten voor op zaal en voor de audiotour. Omdat het er niet naar uitzag dat de tentoonstelling na de opbouw snel te zien zou zijn, hebben we een filmpje opgenomen waarin ik meer uitleg geef over Toorop, over de werken die worden getoond en over zijn relatie met Winterswijk en met Piet Mondriaan.

Het toegankelijk maken van kunsthistorische onderwerpen en informatie voor een groot publiek is één van de dingen die ik zo leuk vind aan het werk als conservator. Villa Mondriaan is de plek bij uitstek waar je de jonge Piet Mondriaan kan leren kennen. Ik vind het daarom een inspirerende omgeving, waar ik mij als junior-conservator verder kan ontwikkelen. Aan de ene kant kan ik me helemaal in één kunstenaar verdiepen. Ik kom nog steeds prachtige werken uit zijn oeuvre tegen die ik eerst niet kende, of leer weer nieuwe dingen over de groei die Mondriaan in zijn jonge jaren doormaakte. Aan de andere kant zijn er heel veel aanknopingspunten voor nieuwe tentoonstellingen en is er ruimte voor onderzoek naar zijn omgeving in die tijd. Beiden hoop ik in nog veel mooie en interessante tentoonstellingen of op andere manieren aan onze bezoekers te kunnen presenteren.”